Helmond doet mee in groot onderzoek naar zelfrijdende shuttles in het OV

Een zelfrijdende shuttle van Easy Mile in Appelscha

Wat is nodig voor een goed werkende openbaar vervoerlijn met zelfrijdende shuttles? Die vraag staat centraal in het nieuwe Europees onderzoeksproject Fabulos. Einddoel van het project is de daadwerkelijke realisatie van deze shuttlediensten binnen drie jaar in de zes participerende steden, waaronder Helmond. De marktconsultatie start deze maand.

Dat Helmond meedoet, is eigenlijk heel logisch, vertelt Gert Blom, projectleider en strategisch adviseur mobiliteit bij de gemeente. “Wij zijn redelijk actief op dit gebied. We doen veel met het verbinden van voertuigen onderling of met verkeerslichten. Kijk naar de nieuwe slimme verkeerslichten, kijk naar de testen met truck platooning en kijk naar de Automotive Campus. De stap naar zelfrijdend vervoer is dus klein.”

Niet goed bereikbaar

Wat ook meespeelt, was een concrete vervoersvraag, zegt Blom. De Automotive Campus is namelijk niet goed bereikbaar met de trein: het nabijgelegen station, Helmond ’t Hout, ligt net iets te ver af om te lopen. “We denken dat een dienst met zelfrijdende shuttles de oplossing is.”

Die dienst moet, als alles lukt, in 2020 operationeel zijn. Maar zo ver is het nog lang niet. Pas begin dit jaar startten de betrokken partijen. Het gaat naast Helmond onder andere om de gemeente Gjesdal in Noorwegen, de gemeente Lamia in Griekenland en de STCP, het OV-bedrijf in de regio Porto (Portugal). De leiding is in handen van Forum Virium Helsinki, een Fins kennisplatform waar onder andere Nokia in participeert.

Flexibiliteit

Deze maand start de marktconsultatie, onder andere met een bijeenkomst op 26 april in Helsinki. Hier willen de partners hun uitdagingen delen met de markt en willen ze kijken wat er allemaal mogelijk is. Deze aanpak geeft alle betrokken partijen meer flexibiliteit dan een vaststaande en afgebakende aanbesteding, vertelt Blom.

Wat voor soort shuttles het worden, ligt nog open. Wensen heeft de gemeente volgens Blom wel. “Wij denken aan kleine busjes voor zo’n twaalf tot zestien man. Liever meerdere voertuigen dan één grote, daarmee ben je veel flexibeler. De shuttles moeten ook dienen als first en last mile-oplossing: van en naar het treinstation.”

Zonder infrastructuur

Ook wat betreft de techniek is nog van alles mogelijk. Maar de voorkeur van de gemeente gaat uit naar voertuigen die zonder specifieke infrastructuur kunnen rijden – iets dat nog niet in de praktijk bestaat. “Dat maakt het systeem heel flexibel. In eerste instantie gaan de shuttles een vaste route afleggen tussen het station en de campus. Maar uiteindelijk moeten ze ook van die route kunnen gaan afwijken, bijvoorbeeld om mensen op te pikken. Een beetje zoals de nieuwe OV-dienst Bravo Flex dat doet. Als je gebonden bent aan een vaste route, dan zou dat een belemmering zijn, een stap terug zelfs.”

Maar de marktconsultatie moet duidelijk maken of dit überhaupt mogelijk is, stelt Blom. En hij benadrukt dat systemen die rijden op sensoren zeker niet uitgesloten zijn. Is er eenmaal een systeem, dan wordt dat goed getest, vertelt Blom. “De eerste helft van 2019 moet er een prototype liggen. De tweede helft van dat jaar willen we gaan testen in een gesloten omgeving – de Automotive Campus is daar een mooie plek voor. En in 2020 willen we het systeem zes maanden op de openbare weg testen.”

Auteur: Jan Pieter Rottier

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.